Vuurrood

Omwegen-42 begint met onze ervaringen in Snow Canyon, een State Park in het zuidwesten van Utah. De naam Snow Canyon heeft niets met sneeuw te maken, behalve als er werkelijk een dun laagje sneeuw is gevallen. Het is een gebied dat oorspronkelijk de naam Dixie State Park kreeg en later naar Lorenzo and Erastus Snow, twee belangrijke pioniers in Utah, werd herbenoemd.
Het is 8 mei 2018 als we het State Park gaan verkennen, de hoofdkleur van Snow Canyon is rood en de temperatuur overdag is navenant. 

Daarna vertel ik over the Valley of Fire, het State Park in Nevada dat op ongeveer uur rijden ten noorden-oosten van Las Vegas ligt en dat we voor het eerst in 1997 bezochten. De indrukken die we destijds opdeden waren zo intens dat we er vandaag een fikse omweg voor over hebben om dit park, dat zijn naam echt eer aan doet, nogmaals te bezoeken. Geen enkel ander Park dat we ooit bezochten is zo dieprood. Het is vuurrood.

Snow Canyon

Snow Canyon State Park ligt aan de rand van de Mojave-woestijn, Great Basin en Colorado Plateau en barst uit zijn voegen van dramatische geologie. Het is een perfect ‘fotomodel’ voor iedereen die een camera kan vasthouden. De combinatie van levendige oranje rotsformaties en zandsteen-kliffen, onverwachte waterpartijen, versteende zandduinen en uitgestrekte lavavelden, typeren de canyon.

Snow Canyon is zo mooi en vredig, dat ik betwijfel of de Valley of Fire, die vandaag en morgen op het programma staat, net zoveel of meer indruk zal gaan maken.
Vanwege de hoge temperatuur raadt de Park Ranger bij de Entrance ons aan om eerst de hike naar Jenny’s Canyon te maken omdat we daar nog gedeeltelijk in de schaduw kunnen lopen. Jenny’s Canyon is een slot-canyon waar we ons in het schaduwrijke gedeelte vergapen aan de meest waanzinnige structuren. De waarschuwingen van de Park Ranger om niet te gaan hiken in de extreme hitte slaan we gedeeltelijk in de wind. We zijn hier nú en we weten niet of we hier nog ooit terug kunnen komen. De witte bergen, de rode rotsen, de pikzwarte lavavelden, de groene struiken en het geel-gedroogde harde gras zijn te mooi om ongezien aan ons voorbij te laten gaan. Voortdurend water drinkend lopen en klimmen we zover en zoveel als maar mogelijk is. De strakblauwe en kurkdroge lucht zorgt voor zo’n mooie en haarscherpe foto’s dat we al kwijlend uitkijken naar het fotoboek dat er ongetwijfeld van zal verschijnen.

Jenny’s Canyon

De rotswanden van Jenny’s canyon zijn hoog en rood. Ik zou eraan willen toevoegen dat ze er ook gepokt en gemazeld uitzien. Meestal wordt deze uitdrukking voor mensen gebruikt die door het leven zijn beproefd en getest. Maar de rotswanden vertonen eveneens alle kenmerken van alles wat ze moeten doorstaan. Lijnen, breuken, gaten, holen, scheuren, kloven en vooral een ‘huid’ die eeuwenlang door water en wind getekend en gegeseld is. En alle kenmerken bij elkaar vertellen verhalen op een zo stille en stijlvolle manier dat waarschijnlijk niet alleen ik er tranen van in de ogen krijg.

Petrified Dunes – White Rocks – Lava Flow

We nemen de waarschuwing om niet in de extreme hitte te gaan hiken uiteindelijk toch serieus en, na de ervaringen in Jenny’s Canyon, maken we alleen nog korte hikes. Het is sowieso te heet om de 6,4 km Lava Flow Trail door de met typische jeneverbesstruiken begroeide lavastromen, helemaal te lopen. De korte wandeling die we bij de Overlook maken levert prachtige foto’s op van de lavastromen, de enorme rode zandstenen en de Petrified Dunes, met in de achtergrond het natuurlijke amfitheater van witte zandsteen. Het is een van de meest gefotografeerde plekken in Snow Canyon.

Lyman Whitaker

Via de Entrance bij het stadje Ivins, dat door het groter gegroeide St. George als het ware is opgeslokt, rijden we Snow Canyon binnen. Wat we dán nog niet weten is dat op – laten we zeggen – 1 mijl afstand de Studios van Lyman Whitaker zijn gevestigd. Wie?
Lyman Whitaker is een Amerikaan die prachtige Windsculptures maakt. Al tijdens onze allereerste trip naar the Southwest maakten we bij een Gallery op Canyon Road in Santa Fe kennis met de stille, draaiende en golvende bewegingen van deze windsculpturen. De aanschaf van zo’n sculptuur was voor ons onmogelijk vanwege de hoge transportkosten.
De Whitaker Studios liggen op korte afstand van Snow Canyon. Als we dit in 2018 hadden geweten, dan hadden we hem toen heel zeker een bezoek gebracht. Alleen al om hem te vertellen hoe mooi we zijn kunstwerken vinden. Die informatie ontdekten we pas toen we al lang en breed weer in Gulpen waren.  

De Windsculptures van Lyman Whitaker zijn tegenwoordig ook in Nederland verkrijgbaar en een aantal van hen heeft een mooie plek in onze tuin gekregen.

Overton

We hadden gepland om na het bezoek aan Snow Canyon in St. George te overnachten, maar de Chef de Mission heeft inmiddels andere gedachten. Het is nog vroeg in de middag en we besluiten vandaag al naar Overton te rijden. Na een korte sanitaire stop bij het Visitor Center van Mesquite bereiken we tegen vier uur Overton. Lang, lang geleden, in 1997 dus, waren er slechts twee motels in Overton. Een Best Western die pittig van prijs was en een motel dat deze betiteling niet verdiende. We kozen voor het minder dure, maar helaas waren we toen nog niet zo snugger dat we eerst vroegen om de kamer te mogen bekijken. Ergo … we sliepen boven op de dekens met de jas aan.
Overton is een stadje waarvan wij niet begrijpen dat het überhaupt nog bestaat. De twee motels staan er nog steeds. Aan de doorgaande weg ligt het ene motel dat vroeger de BW was en tegenwoordig North Shore Inn heet omdat het in andere handen is overgegaan. Het andere motel ligt nog steeds op dezelfde plek, maar is gelukkig druk bezig om een ruïne te worden. North Short Inn is een aanrader. De nieuwe eigenaren zijn vriendelijk en behulpzaam, de kamer is goed onderhouden en brandschoon, het ontbijt is goed en de prijs van $ 80,- die we hiervoor neertellen is laag, vergeleken met de prijzen die we tijdens de rest van de reis voor een kamer moeten betalen.
De bonus voor vandaag is een authentieke Mexicaanse maaltijd in restaurant La Fonda dat recht tegenover het motel ligt. 

De Valley of Fire ligt in een andere tijdzone (Pacific Time). Komend vanuit Mountain Time voelt het wel plezierig aan dat de dag ineens een uur langer duurt, maar als we weer oostwaarts reizen moet het ‘gewonnen’ uur hoe dan ook ingeleverd worden.

Valley of Fire – even proeven

Valley of Fire State Park, dat vrij onbekend is bij het grote publiek, doet qua schoonheid zeker niet onder voor de grote, drukbezochte nationale parken. De naam is afgeleid van de vuurrode rotsformaties, die in het ochtend- of avondlicht in brand lijken te staan. Erosie heeft voor mooie zandstenen vormen gezorgd.

Na het inchecken in North Short Inn gaan we subiet naar de Valley of Fire, ondanks dat we weten dat we niet zullen gaan hiken. De thermometer staat op 106℉. Rekensommetje 106 – 32 = 74 x 5 = 370 : 9 = 41,1℃. Bij het Visitor Center van het Park delen de Park Rangers rode pamfletten uit waarop staat wat de symptomen van een heat-stroke zijn en wat je moet doen als dit gebeurt. Advies : niet hiken!!!

Morgenochtend zal hiken nog even mogelijk zijn op plekken waar schaduw is. Daarna, wordt geadviseerd, dit niet meer doen. Vandaag confronteert een heel korte hike ons weer eens met het feit dat je zonder een fles water niet op pad moet gaan. Zelfs geen 100 meter. Zo’n klein stukje moet toch kunnen zonder water mee te slepen. Nee, dus. Je gaat gelijk onderuit. Daarna verkennen we vooral rijdend een groot gedeelte van de Valley of Fire en kiezen intussen de plaatsen uit waar we morgenochtend beslist willen gaan hiken. Dat zijn er nogal wat. Wel, we zullen zien wat haalbaar is.

Geologische geschiedenis

De donkergrijze rotsen zijn tussen de 550 en 250 miljoen jaar oud, uit het Paleozoïcum toen planten zich voor het eerst verspreidden en de eerste gewervelde dieren de aarde begonnen te koloniseren. Dezelfde rotsen waren er gedurende het Mesozoïcum, 250 tot 66 miljoen jaar geleden, toen dinosauriërs op aarde rondliepen. Gedurende deze tijd bevroren de zandduinen tot de rode en witte zandstenen heuvels, waar regen, wind en overstromingen allerlei ingewikkelde en prachtige tekeningen van en in creëerden. Oude zeebodem werd op sommige plaatsen omhooggeduwd, samen met de fossiele overblijfselen van zijn vroege bewoners.

Geen last van de hitte

In verband met de hitte adviseerde de Park Ranger ons gisteren ook nog om zeker 1 gallon (3,79 liter) water te drinken. Wáár laat je lijf in godsnaam zo’n sloot water? Water kost hier per gallon $1.29. Benzine tank je ook per gallon. Een gallon kost ± $ 3,25. Dat is ± € 0,85 per liter. Onze grote bak slurpt wat meer weg dan een normale personenauto, maar over welke bedragen praten we hier!
Vandaag wordt het 108 graden. Nog een hitte-schepje er bovenop. Toch hiken we vandaag redelijk veel. Om 09.00 uur gaat het State Park open en we staan om drie minuten over negen aan het loket … waar niemand aanwezig is. Het loket is dicht en er hangt een briefje waarop staat vermeld dat we de $ 10.- entreegeld in een envelopje behoren te doen en dit vervolgens in daarvoor bestemde bus moeten deponeren. Dat doen we. We vinden het niet vreemd dat een Ranger die de hele dag in een hokje van drie vierkante meter moet doorbrengen het eens laat afweten.

Een andere wereld

Al bij de eerste stappen in de Valley of Fire krijg je het gevoel alsof je een andere wereld binnengaat. De vuurrode zandsteen-formaties (Aztec siltstone) contrasteren scherp met de grijze en bruine kalksteen-achtige bergachtergrond en creëren een imaginaire sfeer. In de loop van talloze jaren hebben wind, water en zand een veelvoud aan vormen en tekeningen gecreëerd die alle menselijke artistieke genialiteit te boven gaan. Het is een plek waar je, als je aarde aanraakt, de energie kunt voelen die soms overweldigend is. Verscherp je zintuigen, wees stil, en vergroot je vermogen om te luisteren en te voelen.

Grandiose dag

We hebben een grandioze dag. De hitte krijgt ons niet op de knieën. We rijden tot aan de plekken waar we willen lopen, we hiken zonder problemen, beklimmen en onderzoeken de rotsen, maken gigantisch veel foto’s, voelen geen vermoeidheid en de hitte amper. 

Elephant Rock ligt temidden van een groepje kleinere rotsen, op korte afstand van de Entrance en daar maken we onze eerste stop.
Bij de Historic Cabins en Lone Rock spenderen we meer tijd. Het is de energie van de donkerrode rotsen en de schitterende petroglyphen die ons, zoals wij die ook op andere plaatsen ervaren, steeds verder het gebied in lokt.
Uiteraard stoppen we ook bij de Seven Sisters om foto’s te maken. Van de uitnodigende picnic-tafels en banken maken we (nog) geen gebruik. Het is te vroeg om nu al uit te rusten.
Alleen via de trap die tegen de Atatl Rock is bevestigd zijn de petroglyphen te bekijken. Dat doen we en geven ook de camera de ruimte om zijn werk te doen.
Vanzelfsprekend fotograferen we de Arch Rock, die doet denken aan de Arches bij Moab in Utah.

Noch wij, noch onze camera’s hebben behoefte aan een pauze als de Beehives Rock Formations in zicht komt.
Weergaloos mooi zijn de structuren van Windstone Arch en Fire Cave. Blijkbaar voelt geen enkele andere bezoeker de behoefte om bij deze hitte naar dit gedeelte van de Valley of Fire te gaan. Wij zijn de enige menselijke wezens die hier op dit moment rondstruinen. De stilte wordt gedragen door 108° F en aangezien de camera geen last heeft van de hitte, werkt die op zijn dooie gemak driftig door.

Hiken – fotograferen – verzamelen – genieten

Na een dikke week reizen moet ik bekennen dat ik driftig aan het verzamelen ben geslagen. Pennen en zeepjes in de motels. Brochures en State Maps bij elk Visitor Center en buiten in de wildernis zoals gewoonlijk … stenen. Gladde stenen, ruwe stenen, stenen met bijzondere vormen en tekeningen of curieus gekleurde stenen Andermaal blijkt dat, niet alleen de rug van mijn grote vriend en reisgenoot tijdens de reis naar huis weer het nodige gewicht te dragen krijgt. Nee, ook ik zal met veel liefde mijn eigen steentje(s) bijdragen

Visitor Center

Daarna wordt het tijd voor een sanitaire stop bij het Vistor Center op de Mouse Tank Road. Niet alleen door de Park Rangers worden we gewaarschuwd voor de extreme hitte. Op het grote bord bij de ingang staat in grote letters het advies te lezen om nu niet te gaan hiken. Doen we nu dus even niet. De bloeiende cactussen voor het gebouw vragen allereerst alle aandacht. Maar ojee, ojee, hoe houden we onszelf in toom als we weer op pad gaan?  Amper !

Chuckwallah

De Chuckwallah ‘Fred’ zien we vandaag niet. Dit is een gekopieerde analoge foto uit ons fotoalbum van 1997 toen we ineens oog in oog stonden met een familielid van ‘Fred’. Hij was niet agressief of angstig, eerder nieuwsgierig en we konden hem destijds van alle kanten en van heel dichtbij fotograferen.  

Chuckwallah’s zijn behoorlijk indrukwekkende leden van de hagedissenfamilie die ongeveer 45-50 cm lang kunnen worden. Het zijn grotendeels vegetariërs en ze zijn te vinden in de woestijnen van het zuidwesten. Ze verstoppen zich in kieren als ze worden achtervolgd en blazen hun lichaam op, zodat wat hen ook achtervolgt, ze er niet uit kan trekken. De meeste roofdieren vertrekken dan ook met weinig meer dan een benige hagedissenstaart als avondeten. De Chuckwallah is dan vrij om zijn weg te vervolgen en een nieuwe staart te laten groeien.

Silica Dome en Fire Canyon

Voordat we op reis gingen bekeken we de 10 foto’s van de Valley of Fire in het fotoalbum van 1997 en kort samengevat zagen onze herinneringen aan het State Park er zo uit:

rood – heet – rotsen – stenen – lava – de Chuckwallah
je komt hier geen mens tegen.

Met een draai aan het stuur verdwijnt de zwijgende Balancing Rock uit zicht, komen we in een ander landschap terecht en merken dat onze herinneringen niet helemaal up-to-date zijn. Kleuren en structuren worden nog extremer en het lijkt alsof het landschap netjes wordt gegroepeerd: rood bij rood, geel bij geel en zwart bij zwart. Een mijlenlange antracietgrijze bergrug dient als achtergrond voor brede rijen van vuurrode scherp getande rotsen waar geen enkele steen op een fatsoenlijke manier op de ander ligt. De omvang van de gele en wit-beige heuvels en vlaktes is gigantisch groot en de structuren zijn – bekijk de foto’s maar – verbazingwekkend. De zwarte lavavelden bepalen zelf waar ze willen gaan. Soms lijken ze rood en geel netjes te willen scheiden, maar vaak genoeg mengen ze zich in wat op het eerste gezicht misschien de chaotische wanorde van de ruige wildernis lijkt te zijn.
De energie verandert en het landschap past zich daarbij aan. Maar voor evenveel geld past de energie zich aan het landschap aan. Wat we te zien krijgen is fenomenaal.

Stroken, strepen en stenen strips

De Silica Dome aan het einde van de Fire Canyon Road heeft onze speciale belangstelling. Meer dan een uur klimmen we in dit gebied rond en vergapen ons aan de rotsen die met smalle stroken, strepen en stenen strips beplakt lijken te zijn. Water en wind  creëren patronen die zo inspirerend zijn dat ik alleen mijn vinger van de sluiterknop haal om me ergens aan vast te houden zodat ik niet van een van de hellingen kukel. Hoe hoger we klimmen, hoe meer we ook te zien krijgen van de Fire Canyon. De trail is echter afgesloten en de Fire Wave zien we niet.

Foto-shoot

Als mijn camera aangeeft dat er een nieuw SD-kaartje nodig is om verder te kunnen fotograferen, zoeken we de twee meter schaduw op bij een piepklein gebouwtje dat aan het einde van de weg staat. Wat doen we? De hitte trotseren en toch de White Domes Road oprijden? Het verstand zegeviert. Voor de White Dome’s Trail en de Fire Wave Trail moeten we gewoon nog eens terugkomen.

Nadat we sandwiches hebben gegeten en onze vochtbalans weer enigszins op peil hebben gebracht, krijg ik Thei zover dat hij de rol van slapende cowboy op zich neemt. Het vereist uiteraard enige oefening voordat hij de juiste houding vindt en hij zijn hoed op de meest realistische manier over zijn gezicht laat zakken. Dik compliment voor het fotomodel!

Tijdens die rustperiode bekijk ik de vandaag gemaakte foto’s al even en constateer dat een groot gedeelte goed is, maar ook dat een aantal foto’s overbelicht is. Een goede fotograaf weet op welke manier het licht getemperd kan worden. Ik … moet nog steeds de handleiding lezen van mijn tien jaar oude camera …

The Valley of Fire is Awesome

We stappen in de airconditioned auto en rijden op ons dooie gemak terug naar de Entrance waar we de dag zijn begonnen. Dat we ondertussen toch nog even stoppen om hier en daar nog een plaatje te schieten is evident. The Valley of Fire is awesome en we zijn blij dat we voor dit prachtige State Park deze grote omweg hebben gemaakt.

Desert Dreams

Ik ben me ervan bewust dat het onmogelijk is
om de werkelijke intensiteit van mijn liefde
voor The Southwest
te schilderen of uit te drukken in woorden.
Maar al mijn schilderijen, gedichten en teksten
dragen eraan bij om het gevoel
zo dicht mogelijk te benaderen.
Ze zijn de puzzelstukjes van mijn ziel, mijn eigen ‘thuis’.
In de ruige, woestijnachtige en extreem ‘lege’ gebieden
van de desert kom je vooral jezelf tegen.
Die ontmoeting kan confronterend zijn,
maar ook aanvoelen als een warm welkom.
Er zijn momenten geweest
waarop ik dit ‘thuis’
met mijn vingertoppen
even kon aanraken.

*) OMWEGEN-43 verschijnt op 15 juli 2025.
*) Rond 15 mei verschijnt eerst een OMWEGEN-EXTRA :  info  over Kunstroute Gulpen-Wittem 2025