Zion – het beloofde land

Ruim 8.000 jaar geleden werd Zion al door mensen bezocht, maar bewoning vond pas rond 1.500 jaar geleden plaats toen de Anazasi dit tot hun woonplek maakten. Een volk van jagers en verzamelaars dat later ook landbouw bedreef. Tot 1858, toen de eerste blanken (Mormonen) in het gebied aankwamen, bewoonden de Paiute-Indianen het gebied. De mormonen leefden zelfvoorzienend en hielden vee, schapen en paarden. In de vallei verbouwden ze voedsel. De canyon van Zion werd pas in 1863 voor het eerst bewoond, door leden van de Behunin-familie, die maïs en tabak verbouwden en fruit teelden. De Behunin-familie gaf Zion haar naam. Zion, een van de bergen van Jeruzalem, betekent ook fort, een plek van rust en veiligheid, of het beloofde land.  

President William Howard Taft benoemde Zion al in 1909 tot National Monument, maar het duurde nog tien jaar voordat het officieel een National Park werd. Gedurende de jaren ’20 van de twintigste eeuw werden er wegen en wandelpaden aangelegd en werd de eerste overnachtingsplaats (lodge) gebouwd. In de decennia daarna groeide het aantal bezoekers aan Zion National Park zeer sterk. Zo sterk zelfs dat recentelijk gedurende het hoogseizoen de belangrijkste weg door Zion, de tien kilometer lange en kronkelige Zion Canyon Scenic Drive, voor autoverkeer is afgesloten en deze weg uitsluitend met de gratis shuttlebus kan worden bezocht.  

Mount Carmel Highway

Wij reden Zion elke keer via de oostelijke ingang binnen. Op deze route liggen een korte en een lange tunnel. Voor de 1,7 km lange, smalle en donkere tunnel gelden beperkingen voor wat betreft de afmetingen van overmaatse voertuigen zoals bussen, campers en trailers, die de bochten in de tunnel niet kunnen nemen zonder de middenlijn te passeren. Om de veiligheid te waarborgen, begon de National Park Service met verkeerscontrole bij de tunnel. Rangers die aan beide uiteinden van de tunnel worden gestationeerd, zetten het tweerichtingsverkeer in de tunnel voor grotere voertuigen om naar eenrichtingsverkeer. Voor deze service, die voor een veiligere doorgang zorgt, hebben grotere voertuigen een tunnel-vergunning nodig die $ 15 dollar kost.

In 1989 kwamen we voor de eerste keer in Zion en de massieve zandstenen crème, rose en rode kliffen maakten zo’n enorme indruk op ons dat we, telkens als we in de buurt kwamen (1989, 1997, 2009, 2016, 2018, 2019), terugkeerden. De bezoeken werden na 1997 echter steeds korter vanwege de groeiende toeristenstroom. Tegenwoordig krijgt Zion ruim 3 miljoen bezoekers per jaar te verstouwen.

Checkerboard Mesa

Begin mei 2018 logeren we weer een aantal dagen in Kanab en op een van deze dagen komen we ‘toevallig’ toch weer terecht op Highway 9, de toegangsweg naar Zion National Park. De aantrekkingskracht van Zion blijkt groter te zijn dan de afkeer van de mensenmassa. In 2016 zwoeren we dat we hier niet meer terug zouden komen vanwege de steeds groter wordende toeristenstroom. Toch zijn we vandaag weer hier.

Via de twee smalle donkere tunnels bereiken we de fascinerend mooie afdaling vol haarspeldbochten met veel kleine en grotere uitwijkmogelijkheden waar we tijdens eerdere reizen konden stoppen en ons telkens weer lieten bedwelmen door de ruige schoonheid van de natuur. We rijden langzaam en proberen op elke uitwijkplek de auto even te parkeren. Geen kans. Bij Checkerboard Mesa staan de auto’s tot midden op de weg geparkeerd. Het is één grote file waar we in terecht komen die uiteindelijk de meer dan overvolle parkeerplaats bij het Visitor Center bereikt en waar we pas na lang rond- en heen en weer rijden een parkeerplekje vinden.

De toren en het paard

TWO OF A KIND

‘Checkerboard Mesa’ heeft de titel ‘schaakbord’ te danken aan het lijnenspel op de meest prominente heuvel. De twee figuren in het schilderij TWO OF A KIND zouden zomaar als toren en paard op een schaakbord kunnen staan en daarom vind ik de foto van dit werk hier goed passen. Dat de toren er behalve als schaakstuk ook als een vulpen uitziet, begreep ik pas toen ik niet alleen meer voor mezelf schreef, maar mijn pennenvruchten ook als Omwegen-verhalen ging publiceren.
Niets is eenduidig. Ziet een mensenleven er niet vaak als een schaakspel uit waarin ieder zijn rol of rollen speelt? Wel, ik speel míjn rollen totdat ik ben geworden, die ik ben.

Deze mensenmassa … nooit meer

Wat beweegt ons in godsnaam om vandaag onze afkeer te overwinnen en ons voor de eerste keer (tevens de laatste keer) door de Zion Scenic Drive shuttlebus de canyon in en uit te laten rijden? Onze herinneringen aan deze schitterende canyon, waar we eens met eigen auto in konden rijden, konden stoppen waar we dat wensten, wandelingen konden maken, zijn sterker dan onze weerzin. Aan boord is een Indiaanse Park Ranger die met veel geduld en liefde informatie geeft over alles wat Zion zo speciaal maakt. Het gedrag van de medereizigers is echter overduidelijk. Het interesseert ze geen zier. Sommigen staren wezenloos naar buiten, andere zitten aan hun mobiel vastgeketend. We hebben het idee dat wij de enige passagiers zijn met een luisterend oor.

Bij de laatste halte van het busje stappen we uit en hiken via het verharde pad totdat we uitkomen bij de Narrows waar de slechts een paar meter brede Virgin River zich tussen de 600 meter hoge rotsen door wringt. Van de  mensenmassa op deze plek worden we bijna onpasselijk. Mensen botsen tegen elkaar aan, doen hun uiterste best om elkaar te overstemmen, bijna elke arm is voorzien van een stokje met een cell phone waarmee selfies worden gemaakt. Nergens is een plekje om even op adem te komen, nergens is het stil. Het constante tik – tik – tik geluid van de prikstokken op het verharde pad is voor Thei zelfs aanleiding om sommige mensen voor te stellen om vrijwillig papier te komen prikken in Gulpen. We gaan terug naar de pendelbus die ons na een half uur op de parkeerplaats afzet. Zelfs voor een sanitaire stop willen we hier niet meer blijven. En met een … dit … NOOIT MEER verlaten we Zion.

2018 – Hurricane

De volgende dag hebben we het zuidelijke gedeelte van de Kolob Canyons op het programma staan. Om de mensenmassa in Zion te vermijden besluiten we om de zuidelijke rondweg via Fredonia en Hurricane te nemen en vandaar weer omhoog te rijden naar Virgin. De weg ‘onderom’ is niet zo interessant. Meer een doorgaande weg waar behoorlijk hard wordt gereden. Wij zijn van die brave buitenlanders die zich netjes aan de snelheid houden. Op de bon geslingerd worden is een dure business. 

Hurricane ligt in een dal dat via een weg met talloze haarspeldbochten te bereiken is. Van bovenaf kun je prachtige foto’s maken, tenminste als er van die uitwijkhaventjes zijn. Die zijn er niet, behalve zo’n Escape Lane waar vrachtwagens in kunnen rijden om de remmen te testen (dacht ik tot dat moment). Het lijkt me geen probleem om van die vluchtstrook even gebruik te maken om Hurricane op de foto te zetten. Zonder Thei te informeren over wat ik van plan ben, zwaai ik van de weg af en kom terecht in een grindbak van ca. 30 cm dik en 200 meter lang. Thei schrikt zich te pletter en mensen in een auto op de rijweg draaien ontzet het raampje open en roepen: ”Turn back, you will ruin your car”. Gemakkelijker gezegd dan gedaan. Maar … wat ben ik op dat moment blij met onze 4-wheel drive Chevy. Ik zet de knop op 4-wheel aandrijving en zachtjes gas gevend krijg ik de auto gedraaid en daarna de weg weer opgereden zonder dat ik de boel helemaal verziek.
In al de jaren die we in de USA rondrijden heb ik wel vaker zo’n uitwijk voor vrachtwagens gezien. Altijd vond ik het vreemd dat vrachtwagens daarop moesten rijden om de remmen uit te testen, voordat ze het dal in zouden rijden. Als ik de remmen van mijn auto niet vertrouw dan laat ik ze toch in de garage controleren … Na de eerste schrik praat Thei me hoofdschuddend bij over het soms levensreddende nut van die Escape Lanes, terwijl hij zich afvraagt van welke planeet ik eigenlijk kom. Lach maar. Het mag.

2018 – Kolob Terrace Road

Het zuidelijke gedeelte van Kolob Canyons, waar wij heen gaan, is vanuit Hurricane via La Verkin en Virgin bereikbaar. Deze 24 mijl lange weg eindigt bij het Kolob Reservoir en dat betekent dat we via dezelfde route terug moeten rijden.
Kolob Canyons is een verademing na het drukke Zion gisteren. Qua spectaculaire uitstraling is Kolob niet vergelijkbaar met Zion, maar hier heerst een rust die weldadig is. Tijd en ruimte om foto’s te maken is er genoeg. We parkeren de auto gewoon aan de zijkant van de weg, ook als er geen vluchtstrook is. Kolob  Canyons is groener dan Zion en na de periode van regen en sneeuw bloeien hier ook nog eens de cactussen volop. Gisteren was het al aangenaam warm en vandaag loopt de temperatuur op naar 33 ℃.

Hoe hoger we komen, hoe meer de begroeiing verandert. De bergen zijn groots en grotendeels scherp getand. In gebieden waar brand heeft gewoed staan geblakerde Aspen bomen kaal en strak af te steken tegen de met hard gras begroeide dalen, die een voorjaarsachtige groene kleur hebben die we niet eerder hebben gezien. Pas wanneer we bijna het Kolob Reservoir bereiken zien we twee mensen, waarvan een van beiden staat te schilderen. Dát is de mensenmassa van vandaag.

Under canvas

Op de terugweg naar beneden zijn we beiden nieuwsgierig genoeg om de dirt road op te rijden waar het tentenkamp ligt dat we op de heenweg al gezien hebben en waarvan wij  veronderstellen dat zich daar een sekte-achtige commune heeft teruggetrokken.
Hoe dichter we de witte tenten naderen hoe interessanter het wordt. Mijn ‘geoefende oog’ herkent (leger)tenten, waarin wij in 1971 op onze huwelijksreis logeerden tijdens de driedaagse trip in de Sahara. We rijden tussen de tenten door, parkeren de auto voor een prachtige constructie van aan elkaar gekoppelde tenten en gaan naar binnen. We worden bij een soort receptie opgevangen door de beheerder, die ons maar al te graag informeert over het project ‘Under Canvas’. Ja, we kunnen er logeren en er is een restaurant. Als we vragen of we een tent mogen bekijken, loopt hij bereidwillig met ons mee en toont ons de binnenkant van een van de exemplaren. Er staat een Queen bed (Hollandse twijfelaar), twee nachtkastjes en twee stoeltjes. De prijs voor zo’n tent-kamer is niet gering. $ 194,- ex tax. en poepen en douchen moet je buiten in een soort container die aan de rand van het tentenkamp ligt. ‘Under Canvas’ blijkt een exclusief project te zijn voor de Happy Few die toch ergens hun geld aan uit moeten geven. En dat moet uiteraard iets zijn wat anderen nog niet hebben gedaan. Tja, we hebben toch maar gekozen om in Hurricane een gewoon motel te zoeken met twee queen beds, een badkamer en een guest-laundry. Het is vandaag tenslotte wasdag.

2019 – Zion – een jaar later

Maar nu … ruim een jaar later (medio september) moeten we, na een overnachting in Kanab, een keuze maken uit drie hoe we de I-15 willen bereiken om naar Cedar City te rijden. Óf toch via Zion met zijn bekende tunnel, zijn prachtige afdaling, maar inclusief de gruwelijke massa toeristen, óf om Zion te vermijden via de zuidelijke rondweg naar Hurricane (waar ik vorig jaar de grindbak in reed) en waar we alleen met hardrijdend verkeer te maken krijgen dat op weg is naar St. George, óf bovenover via Glendale en Hwy 40 zodat we Cedar City vanuit oostelijke richting binnenrijden.
Uiteindelijk visualiseren we ‘de Zion-route’ op zo’n manier dat we weinig last zullen hebben van de massa toeristen, dat we overal kunnen stoppen waar we dat wensen te doen, dat er genoeg plaats is en dat het briljant weer zal zijn. Onze wensen worden vervuld.

PEOPLE OF LONG AGO

Zielepijn

Met tanden als toortsen
bijt ze zich vast
in de ziel die zich verschuilt
en met spitse vingers en gebalde vuist
de legende in stand houdt

Terwijl verblindend wit
ruige rotsen beschildert met
rode randen en banden van zwart
scheuren scherpe punten zich los
en breken barsten in haar vastgelopen tijd

Wanneer haar eenzaamheid
zwijgend en geluidloos
het beeld van de weg naar nergens wist
vindt de ziel die zoekt haar eigen kleuren
en laat oude pijn vrij.

Warm welcome

Wie of wat er die dag de mensenmassa’s tegenhoudt weet ik niet. De afdaling is subliem en spectaculair. Bij tijd en wijlen hebben we de weg bijna voor ons alleen, er is parkeerplaats genoeg, af en toe kunnen we zelfs midden op de weg blijven stilstaan om vanuit de auto een foto te maken. Het weer is perfect, de mensen die we ontmoeten zijn vriendelijk en het voelt alsof de de ruige wildernis van Zion ons met een speciaal, en misschien wel laatste, ‘warm welcome’ omarmt.
De parkeerplaats bij het Visitor Center staat vol, erg vol. We hebben veel plezier van ons idee dat de goden alle toeristen daar vasthouden zodat wij ongestoord de canyon kunnen verlaten. 

Met big smiles op onze gezichten rijden we Springdale en Rockville voorbij. Grafton is een Ghost Town waar we even stoppen om rond te neuzen en een sanitaire stop te maken. We laten de kleine stadjes Virgin en La Verkin achter ons en rijden de I-15 op in de richting van Cedar City waar we een motelkamer hebben gereserveerd. Maar eerst staat het noordelijke gedeelte van Kolob Canyons nog op het programma.

2019 – Kolob Canyons North 

Het noordelijke gedeelte van het Kolob Canyons-district ligt bij afrit 40 van de I-15, en 27 kilometer ten zuiden van Cedar City. Het is een weinig bezocht maar zeer indrukwekkend gebied.
Hier in de noordwestelijke hoek van het park zijn smalle, parallelle boxcanyons uitgesleten in de westelijke rand van het Colorado-plateau, waardoor majestueuze pieken en 600 meter hoge rotswanden zijn ontstaan. Of je nu het panoramische landschap komt bekijken vanaf de schilderachtige vijf mijl lange Kolob Canyons Road die eindigt bij Kolob Canyons  Viewpoint, of een meerdaags avontuur begint in de majestueuze karmozijnrode canyons, Kolob Canyons heeft voor iedereen iets speciaals.

Cedar City  – Chevy Dealer

Het motel dat we hebben uitgezocht in Cedar City is de eindbestemming voor vandaag. Op de plattegrond van de stad zien we dat een straat verderop een Chevrolet dealer ligt. Vanmorgen tijdens het tanken in Kanab heeft de tankstation-houder ons vermoeden bevestigd (we hebben er geen verstand van) dat onze huurauto zeer zeker geen 4×4 exemplaar is. Van de Chevy-dealer in Cedar City krijgen we dezelfde bevestiging. Wat nu? Eind vorig jaar bestelden we de Chevy Tahoe 4×4 al omdat deze robuuste ‘tank’ ons tijdens de vorige vakantie (ondanks het destijdse gedoe ermee) zeer goed was bevallen.
Met deze auto willen we dit jaar juist naar dié afgelegen gebieden gaan waar we eerder met een normale personenauto niet naartoe durfden te rijden. Helemaal tegen onze gewoonte in, en om zeker te zijn van een slaapplek, hebben we in sommige afgelegen motels voor meerdere dagen een kamer gereserveerd.
Een van de Chevy-medewerkers telefoneert voor ons naar Alamo Rental Car om een klacht in te dienen voor het niet leveren van de door ons bestelde en voor veel extra geld gehuurde 4×4 Chevy Tahoe. En dan begint het maffia-toneelstuk. Eerst weten ze van niets, dan heeft het reisbureau een fout gemaakt, dan staat er wel auto in Salt Lake City – bijna 300 mijl hier vandaan, of in Moab – 8 uur rijden. Daar kunnen we de auto gaan omruilen …
We hebben een intensief gesprek met een andere medewerker die de dirt roads in Utah goed kent. Hij denkt dat we ook met deze auto een heel eind kunnen komen. Óf we alle fratsen wel willen en zullen uithalen, nu we weten dat er niet álles mee mogelijk is, is nog maar de vraag. De medewerkster die het telefoongesprek voert en het incident officieel heeft gemeld, vertelt ons dat wij bij het inleveren van de auto een officiële klacht moeten indienen. Dat zullen we zeker doen, maar eerst gaat er vandaag nog een mailtje naar het reisbureau om te vragen hoe we dit precies moeten aanpakken.
Omdat de medewerkers bij de Chevy dealer niet betaald willen worden voor hun zeer gewaarde hulp, zijn wij blij dat we ze elk geval met een paar Delfs-blauwe klompjes kunnen verrassen. Ze adviseren ons nog om goed na te denken of we wel extra naar Salt Lake City of Moab zullen rijden. Alamo zegt dan wel dat er daar een 4×4 SUV staat, maar voor evenveel geld staat hij er niet …

We besluiten dat we de gok niet zullen wagen om de auto in Salt Lake City of Moab om te ruilen. Ons reisplan wordt niet gewijzigd. Waar we met deze auto naartoe durven te rijden, daar zullen we heen gaan. Wat we niet durven … dat is dan vette pech.

Cedar Breaks – 2019

Cedar Breaks National Monument ligt op ongeveer 10 km afstand van Cedar City en wordt vaak als kleine broertje van Bryce Canyon betiteld. Cedar Breaks is een natuurlijk amfitheater van ruim zeshonderd meter diep, dat zich uitstrekt over een lengte van vijf kilometer. Het hoogste punt van het amfitheater ligt meer dan 3.000 meter boven zeeniveau.
Het wordt een superdag. Stralend weer, een harde wind en een temperatuur variërend van 0 tot meer dan 25 graden. Goesmiljaar, wat zijn we toch uilskuikens. Zucht … of we het ooit zullen leren? Shawls, mutsen en handschoenen liggen nog in het koffer, terwijl we toch weten dat we vandaag naar Cedar Breaks zullen gaan. We weten toch dat het  gebied boven de 3000 meter ligt.
In 1989 en 1997 stonden we hier – beide keren goed ingepakt tegen de kou – in de eerste helft van mei met de voeten in de sneeuw te blauwbekken. Dat is op onze analoge foto’s van destijds goed te zien.
Het is vandaag 17 september, de herfst heeft zijn intrede al gedaan en het is ook welbekend dat de zomers slechts kort duren op deze hoogte. Maar, het moet gezegd worden, vandaag doen de goden hun uiterste best om dit gebied onder de meest ideale omstandigheden te  presenteren. Prachtig.

Panguitch Lake

Daarna rijden we door alpine hoogland naar Panguitch, halverwege stoppend aan de oevers van Panguitch Lake. De straffe wind zorgt ervoor dat we na een korte wandeling langs de oever en een nog kortere zoektocht naar een mooi brokje lava, weer snel de warme auto opzoeken. De weg eindigt bij de junction met Hwy 89 en daar verwelkomt het rode land ons weer. 

*) OMWEGEN-42 verschijnt op 15 april 2025